Bart De Wever zegt dat hij een probleem heeft met de Franstalige media — of de media met hem. “Als ik zeg ‘Je suis pour les gaufres’, maken ze er ‘Je suis contre les crêpes’ van” verklaarde hij aan RTL.
Of hij daarin gelijk heeft, laat ik in het midden. Maar vandaag, op 7 mei, heeft hij wel een punt. Enkele Franstalige media hebben problemen met wat hij zegt.
Gisteren, 6 mei, sprak de De Wever op een herdenking van de Shoah, een herdenking die jaarlijks door het Forum van Joodse Organisaties gehouden wordt. In niet mis te verstane woorden veroordeelde hij de houding van het Antwerpse stadsbestuur tijdens de bezetting, en van de Vlaamse beweging zowel vóór als tijdens de oorlog. “We moeten de fouten van toen erkennen én tegelijkertijd het goede eren” en “de collaboratie was een vreselijke fout op alle vlakken. Het is een zwarte bladzijde in de geschiedenis die het Vlaams-nationalisme onder ogen moet zien en die het nooit mag vergeten” waren enkele van zijn uitspraken.
Vandaag, in De Morgen, looft Bart Eeckhout de woorden van De Wever. Hij wijst daarbij expliciet op het feit dat De Wever niet over een vergissing spreekt, maar over een fout. Een vergissing is jammer en dom, zelfs als ze vreselijke gevolgen heeft, een fout is schuldig. Het verschil is hemelsbreed.
Ook de Franstalige kwaliteitskranten, Le Soir en La Libre, vermelden De Wevers toespraak. Wat schrijven ze? “De Wever évoque la collaboration, «une terrible erreur à tout niveau»“ (La Libre) en “Bart De Wever: «La collaboration était une erreur terrible à tout niveau»” (Le Soir).
Zowel fout als zijn Franse tegenhanger faute is een meerduidig woord, met niet altijd even duidelijke grenzen. Toch gaat het, op enkele uitzonderingen na (in schrijf-, reken-, denk- of weeffout, of in faute de frappe), bij een fout altijd om veel meer dan om een pijnlijke vergissing — in casu van Vlaams-nationalisten zonder politiek doorzicht, die zo dom zijn geweest op het verkeerde paard te wedden, en in die domheid tot in ’45 hebben volhard, of nog veel langer. In De Wevers woorden (die hij netjes op papier had gezet), was het verschil tussen fout en vergissing — tussen faute en erreur, zelfs terrible — essentieel. De fout was misdadig. “Zwart”, zei hij zelfs. Het is op zijn minst merkwaardig dat Le Soir en La Libre dat niet hebben gevat.
Hebben genoemde kranten daarmee een fout begaan? Nee, wel een vergissing. Wat De Wever zei, past niet in het beeld dat Le Soir en La Libre van hem hebben. Als de realiteit van het plaatje afwijkt, is het vaak makkelijker de realiteit wat aan te passen, dan het plaatje te herzien.