Maximiliaan Pauwels, De afkondiging van de vrede van Münster, 1649, collectie KMSKA
Ik dacht dat een stadhuisplein, wat de Grote Markt van Antwerpen is, bedoeld was om manifestaties te houden: om feest te vieren, zoals voor de vrede van Münster in 1648, of om zijn ontevredenheid te uiten, in betogingen zoals vandaag, of verleden maandag, of de maandagen ervoor. En erna. Ik dacht dat Brabo, wiens beeld midden op de Grote Markt staat, ook een vrijheidsheld is. Ik dacht er vóór het beeld van Brabo een vrijheidsboom heeft gestaan, waarvan het bureau van de burgemeester is gemaakt.
Niet zo in het Antwerpen van vandaag.
Sinds juni betoogt de Antwerpse coalitie voor Palestina elke maandag aan het stadhuis, op de Suikerrui weliswaar. Zeg me niet dat er voor die betogingen geen duizend redenen zijn. Sinds september duldt het stadsbestuur dat niet meer, het wil de betogers naar het Steenplein verdrijven, waar behalve de klanten van de veerboot niemand hen ziet.
De betogers aanvaarden dat niet, ze willen zichtbaar zijn op de plek waar zichtbaarheid belangrijk is. Aan het Stadhuis, zetel en symbool van de politieke macht in de stad. De politie wordt ingezet, met helmen, schilden, traangas, een waterkanon. In groten getale, alsof die in onze stad geen nuttiger taken heeft.
Niet het bureau van de burgemeester maar haar stoel is van het hout van de vrijheidsboom gemaakt. Zij zit erop.

