de lage kwaliteit van een eerste klaase-rijtuig van de NMBS

Je hoort wel eens reizigers die vinden dat men “de eerste klasse in de trein moet afschaffen”. Misschien is het het woord klasse dat hen stoort, want ik heb nog niet vaak iemand gehoord die ervoor pleitte op restaurant slechts één gerecht en één drank te serveren, in alle geval aan éénzelfde prijs, of slechts één model van auto op onze wegen toe te laten. Niet het verschil in prijs en in kwaliteit is immers een maatschappelijk probleem, maar wel het verschil in inkomen om die producten of diensten te betalen, in casu een reis in eerste klasse, zo men die verkiest.

Hoe ook, de NMBS heeft dat uitstekend opgelost door in sommige van haar treinen eerste-klasse zitplaatsen te voorzien, waarvan de kwaliteit lager is dan in tweede klasse: het plafond is laag, het venster is klein, de plaatsen zijn nauw, je zit soms knie tegen knie — wat niet iedereen apprecieert —, en er is géén deur (maar wel een trapje!) voor wie gehoopt had in eerste klasse wat stiller te zitten.
Tussen Leuven en Berchem hoorde ik in Zaventem-Airport een opstappende buitenlandse reiziger die zich verwonderde of dít de eerste klasse was. Ik heb me nog afgevraagd of ik me, als landgenoot, in naam van de NMBS zou excuseren, maar de man had al zijn hielen gekeerd, en is wellicht in tweede klasse gaan zitten.