Er is discussie, in Vlaanderen, over de financiering van de kunsten. De regering heeft beslist de subsidies te verlagen (en herschikken), en daartegen komt protest. Ze beweert dat iedere sector moet inleveren — waarom dan niet de kunsten? — maar elders lezen we dat de politici niets besparen op wat ze voor zichzelf voorzien. Passons.
Het Vlaams Belang doet er nog een schepje bovenop. Het verheugt zich over de beperking van de subsidies, en zegt dat die inkorting nog wel wat verder mag gaan. Het heeft daar zijn redenen voor.
Ik ga daar niet mee akkoord, maar hun standpunt is legitiem. Elke partij of burger heeft het recht te menen (of te eisen) dat de financiering van de kunsten verminderd of zelfs afgeschaft, of in tegendeel flink verhoogd en misschien zelfs verdubbeld wordt. Of het intelligent, pertinent en consequent is, is een andere vraag.